-
De Wonsstelling
Met veel te weinig manschappen, militair materieel en slechts met geïmproviseerde versterkingen verdedigde het Nederlandse leger in mei 1940 de Friese Wonsstelling tegen de Duitse aanval. Dit met unieke foto’s en kaarten geïllustreerde boek geeft een uitputtend verslag van de voorbereidingen en de gevechtshandelingen, gebaseerd op nooit eerder gepubliceerde verslagen en persoonlijke aantekeningen van militairen en burgers. De strijd, die aan Nederlandse zijde 18 doden kostte, werd altijd terloops beschreven als voorspel van de aanval op Kornwerderzand. Voor het eerst krijgen de militairen die in de Wonsstelling hebben gediend een waardig eerbetoon in dit naslagwerk.
Adjudant b.d. Jacob Topper (75) is plaatsvervangend conservator van het Kazemattenmuseum Kornwerderzand en werkt al ruim dertig jaar als vrijwilliger voor dit museum.
-
Stabij
Tjibbe Hooghiemstra (beeldend kunstenaar) en Douwe Kootstra (schrijver en verteller) zijn gek op stabijs. Tjibbe heeft al jaren zulke honden. Die inspireerden hem tot een uitgebreide serie tekeningen.
Los van de verbeeldingen van Tjibbe schreef Douwe verhalen die één overeenkomst hebben: een stabij speelt de hoofdrol. De mix van beeld en tekst maakt Stabij tot een bijzonder boek. Geen hondenboek in de klassieke zin maar een ode aan de mens in de hond.
-
De stem van het water
Omnibus van vier verhalenbundels
Nog geen eeuw geleden ging het grootste deel van het vrachtvervoer over water. De zeilvaart had daarin zowel op de binnenwateren als buitengaats een belangrijk aandeel. Het was een hard bestaan voor de schipper, zijn vrouw en kroost. Wat een moed, zeemanschap en toewijding waren nodig om het schip ‘vrij’ te bevaren, zodat het beroep en de manier van leven konden worden
doorgegeven aan een volgende generatie. Van Ameland tot Maastricht sprak Hylke Speerstra met tientallen schippers en hun vrouwen. Dit resulteerde in deze bundeling verhalen, die de schipperij een stem gaf die wellicht anders nooit zou zijn gehoord. Een waardevolle oral history over een bijzondere episode in de Nederlandse maritieme historie.Als hoofdredacteur van schippersweekblad Schuttevaer raakte Sp eerstra in de ban van de spankracht van het varensvolk. Hij schreef er vier verhalenbundels over: Kop in de wind, De laatste echte schippers, Schippers van de zee en Bij nacht en ontij.
-
Fries Bakboek
Het Fries Bakboek verzamelt de zoete recepten uit de bakkerstraditie die Fryslân rijk is. Oranjekoek, suikerbrood en dúmkes zijn uiteraard opgenomen, maar ook hooimaal, trommelkoek, vanillestaafjes, reepkoek en allerlei ander bekend en onbekend gebak komt aan bod. Op z’n Fries rjucht en sljucht beschreven, zonder te veel poespas, zodat je het thuis goed kunt maken en een stukje Fryslân uit je keuken tovert.
De zussen Henny en Betty Feenstra werkten allebei jarenlang bij bakkers in Lemmer. Naast hun dagelijkse banen, Henny als docent en Betty als directeur, bleven ze bakken voor hun gezin, familie en vrienden.
-
Verhandeling over de aanleg van vrouwen voor de wetenschap
De begaafde Anna Maria van Schurman kreeg als eerste vrouw in Nederland toestemming om colleges te volgen. De Universiteit van Utrecht bouwde voor de gelegenheid een hokje met een gordijntje voor haar. Van Schurman kon van daaruit de colleges van theoloog Voetius bijwonen, zonder daarbij de mannelijke studenten af te leiden.
In dit korte essay uit 1641 legt Van Schurman uit waarom het logisch is om meer vrouwen toegang tot de
universiteit te verlenen. Het argumentatieve geschrift inspireerde Margaret Cavendish en Mary Wollstonecraft en gaf de aanzet tot de eerste feministische beweging. Het zeer invloedrijke essay verschijnt in een geactualiseerde vertaling van Renée Ter Haar, met een voorwoord van Angela Roothaan. Jacob Bouwman zorgde voor de selectie van relevante brieven.“Wat een genot om zo’n erudiet pleidooi te lezen van een moedige vrouw. In zijn opdracht noemt tijdgenoot Johan van Beverwijck haar ‘onsterfelijk sieraad onder de vrouwen’. Met recht.” – Trouw
-
It Himelbouwerke
Hasto wolris besocht de stjerren oan te reitsjen? Eise Eisinga besocht dat ek, lang, lang lyn. En witst wat? Hy krige se te pakken! Lês mar gau hoe’t hy dat die.
-
De Hemelbouwer
Aan het eind van de achttiende eeuw bouwt Eise Eisinga, inwoner van de kleine universiteitsstad Franeker, een schitterend model van het zonnestelsel. Als het af is, verspreidt het nieuws van dit Planetarium zich razendsnel over de wereld.
Met dit boek vertelt Arjen Dijkstra een prachtig nieuw verhaal over het leven van Eisinga en het ontstaan van het Franeker Planetarium. Via tientallen, voorheen onbekende, bronnen weet hij een verrassend beeld te construeren van de Hemelbouwer. Dijkstra plaatst Eisinga in de context van grote economische, politieke en wetenschappelijke veranderingen. De geschiedenis van Eisinga en het Planetarium zijn nauw verweven met het ontstaan van het moderne Nederland. -
It Frysk is dea en oare fleurige ferhalen
It Frysk is dea en oare fleurige ferhalen is in samling gedichten en koarte ferhalen. It is proaza en poëzy oer it deistige libben, mar mei in flinke knypeach. Fleurige ferhalen en oertinkingen, fan ‘De hûnen fan Barry Hay’ oant ‘De Hooliganbus’ en de absurdistyske gedichten ‘By de kofje-automaat’. Want der mei bêst wat mear lake wurde yn de Fryske literatuer.
Freddie Scheltema (Easterein, 1960) skriuwt yn it Nederlânsk, mar foaral yn it Frysk. Yn syn tiid op de middelbere skoalle hie er graach wat flottere Fryske boeken lêze wollen foar syn boekelist. Dêrom begûn hy yn 2010 sels mei skriuwen.
-
Prinsentuin Leeuwarden
In de monumentale stadskern van Leeuwarden ligt de Prinsentuin, een van de groene parels die de Friese hoofdstad rijk is. Halverwege de zeventiende eeuw werd de tuin als lusthof aangelegd door Stadhouder Willem Frederik van Nassau. Deze lusthof kennen we nu als de Prinsentuin en bevat een schat aan bijzondere verhalen uit verschillende perioden in de geschiedenis van de stad.
Nadat in 1819 koning Willem I de hoftuin teruggaf aan de bewoners van de stad, schreef het stadsbestuur een opdracht uit tot herinrichting. Deze opdracht hield verband met de ontmanteling van het bolwerk. Daarmee was Leeuwarden een van de eerste steden in Nederland die een openbaar stadswandelpark op de vestingwerken liet aanleggen. Stadsarchitect Gerrit van der Wielen (1767-1858) en ‘architect van buitengoederen’ Lucas Pieters Roodbaard (1782-1851) werkten circa vijfentwintig jaar aan de transformatie van de stad. Naast de Prinsentuin ontwierp Roodbaard een aaneengesloten groenstructuur op het bolwerk, waarin de wandeling centraal stond. Zijn collectie ontwerptekeningen geeft een prachtige inzage in de gefaseerde aanleg vanaf 1821 tot ongeveer 1846.
Nu, tweehonderd jaar nadat werd aangevangen met de omvorming van de Prinsentuin tot openbaar stadswandelpark, heeft het monumentale groen een nieuwe betekenis gekregen. Het park herbergt het verhaal van het verleden, maar het vraagt tegelijkertijd om een toekomstbestendige visie. -
-
Testamint fan de siel
Twa jonges belibje, alhiel los fanelkoar, in ferskriklike jeugd. De iene yn it Fryske wetterlân, de oare tusken in keppel mislearre ymmigranten op de Kanadeeske prairy. As bern wurde se oan harren lot oerlitten, mar se sette troch. Beide meitsje se karriêre en fine de leafde. Wat se trochmakken en harren pleaget ferswije se. Oant se wer allinne komme te stean en yn Kanada as âlde mannen mei-elkoar yn ’e kunde komme. Se reitsje oan de praat en fertrouwe elkoar ta wat se noait kwyt woene. By tafal komme se derachter dat harren hertferskuorrende libbens ferweven binne…