-
Harm van der Meer fertelt
It libben fan dirigint, muzykmaster en minskeman Harm van der Meer (Bantegea, 1940) spile him ôf tusken de skoallen, koaren en orkesten, tusken jonge en âlde minsken, yn doarp en stêd, en yn it iepen fjild. De minsken en de muzyk joegen him genôch stof om in tal ûnferjitlike ferhalen en anekdoates op te skriuwen, dy’t yn dizze bondel sammele binne.
Yn de wurden fan Hylke Speerstra: ‘Optredens mei Harm van der Meer as ynspirator op de bok hiene faak bysûndere mominten. Der kamen mominten dat de wurdearring it applaus foarby gie. Dan foel der yn in grutte katedraal allinne mar in stilte, kearde Harm him nei de tahearders, seach harren yn de wiete eagen en sei er: “Jim hawwe it begrepen.” Syn rispinge kin ryk neamd wurde. Gelokkich hat er dêr, yn beskiedenheid mar mei gefoel foar anekdotyk, in kostber dokumint oer skreaun. Dêryn blykt er ek noch in master-ferteller te wêzen.’
De sfearfolle swart-wytfoto’s fan Henny van den Berg meitsje it ferhaal kompleet: in portret fan in markante man mei in kleurryk libben. -
Alleen voor Friesland heb ik nog een zwak
J. Slauerhoff wordt algemeen gezien als een van Nederlands grootste dichters en schrijvers. Met zijn avontuurlijke en dwarse instelling is hij voor velen een inspiratiebron geweest, en hij is dat nog steeds.
Een bijzondere en interessante kant aan de persoon en aan het werk van Slauerhoff is zijn relatie tot Friesland, waar hij is opgegroeid. Het is zonder meer waar dat een aantal van zijn mooiste verzen een Friese achtergrond heeft. Maar hoe liet hij zich over zijn geboortegrond uit? Hoe dachten belangrijke Friese auteurs over hun collega?
In Alleen voor Friesland heb ik nog een zwak draait alles om de connectie tussen de ‘Rimbaud van Leeuwarden’ en het Friese vaderland.
Gerrit Jan Zwier is antropoloog en als reisauteur gespecialiseerd in noordelijke landen. Hij heeft diverse publicaties over Slauerhoff op zijn naam staan.
met illustraties
-
Eilandgevoel
Iedere werkdag schrijft Koos Dijksterhuis een kort verhaaltje over de natuur. Uit zijn stukjes blijkt zijn grote liefde voor alles wat leeft. Hij verwondert zich over het ogenschijnlijk gewone, waar vaak een verrassend verhaal achter zit. Zijn mooiste verhalen schreef Koos over het door hem geliefde eiland Schiermonnikoog. Ze volgen in dit boek de seizoenen en geven prachtige inkijkjes in de eilander natuur, waarin Koos in zijn eentje of met anderen ronddwaalt.
Op Schiermonnikoog zijn bijna alle landschappen van Nederland te vinden: duinen, strand, wad, zee, kwelder, plas,
moeras, bos, weiland, akker, tuin en bebouwing. Er is op Schiermonnikoog ook veel niet: files, parkeerproblemen, massavertier. Er is rust, ruimte en schone lucht. En er zijn eilanders: vriendelijke mensen die badgasten graag zien komen en gaan. Die badgasten zijn fijnproevers. Ze komen zonder auto naar misschien wel het mooiste en fijnste eiland van de wereld.Zoals Koos zegt: het paradijs bestaat niet, maar Schiermonnikoog komt in de buurt!
-
Doopsgezinden in Friesland
In Doopsgezinden in Friesland schetst historicus Cor Trompetter het ontstaan van de doopsgezinde beweging in Friesland, met als centrale guur de ex-katholiek geestelijke Menno Simons. Hoe kon een minderheid als de doopsgezinden in de zeventiende en achttiende eeuw toch zo’n belangrijk stempel drukken op ons geestelijk erfgoed? Doopsgezinden stonden in politieke zin aan de kant, werden vervolgd en toch speelden ze een buitengewone rol op economisch en cultureel gebied.
Verdrinking, onthoofding, ophanging en verbranding viel een doopsgezinde ten deel vanwege afwijkende standpunten en leer. Ook Menno Simons kwam al snel bij de vervolgers in het vizier en vluchtte daarom weg uit Friesland. Simons is nooit de onbetwiste leider van de doperse beweging geweest. Voortdurend was er strijd binnen die beweging. Verharding van standpunten en daarop volgende scheuringen waren het resultaat. Aan het einde van Menno’s leven waren de conicten zo hevig geworden, dat de doopsgezinde beweging in de Nederlanden feitelijk in verschillende groepen uiteen was gevallen. Ook in Friesland, bij botsingen tussen de ‘harde Friezen’ en de ‘nog hardere Friezen’. De onderlinge verdeeldheid onder doopsgezinden was niet zelden een veel groter gevaar dan welke tegenstander van buiten dan ook. Trompetter schetst een politiek-sociale ontwikkeling van deze stroming in de latere eeuwen.
-
Sprookjes uit de Friese Wouden
Dam Jaarsma van Oostermeer/Eastermar (1914-1991) was een hartstochtelijk verzamelaar van volksverhalen. Hij noteerde in veertig jaar meer dan zestienduizend verhalen die mensen uit de wijde omtrek van zijn woonplaats aan hem vertelden. Dit boek biedt een brede en representatieve selectie uit de door hem verzamelde verhalen: diersprookjes, wondersprookjes, legende- en novellesprookjes, dommeduivelverhaaltjes en grappige verhaaltjes.
Sprookjes uit de Friese Wouden is een vertaling van het boek Mearkes út ‘e Wâlden, dat in 2014 verscheen in het kader van ‘100 jaar Dam Jaarsma’. Het boek is bedoeld voor jong en oud. Het is geen wetenschappelijk uitgave (al wordt de tekst aan het eind wel verantwoord voor specialisten en geïnteresseerden) maar een prachtig lees- en voorleesboek, dat bovendien een postume hommage is aan Dam Jaarsma.
-
Orchideeën in Noord-Nederland
Deze tweede druk is uitgevoerd met een luxe, glanzende hardcover.
Dat er in Noord-Nederland wilde orchideeën voorkomen is niet algemeen bekend. In dit boek beschrijft Hans Dekker alle hier voorkomende soorten én de landschappen waarin deze prachtplanten leven.
Het boek bevat tientallen foto’s van orchideeën, waardoor het herkennen in het veld makkelijker wordt. Bovendien zijn er veel foto’s opgenomen van Noord-Nederlandse natuurgebieden waarin orchideeën voorkomen. Ook is er aandacht voor soorten die helaas zijn uitgestorven, soorten zijn die aangeplant en zelfs voor orchideeënsoorten die een stukje over de grens groeien. Bescherming en beheer
krijgen eveneens de nodige aandacht. Om het u gemakkelijk te maken staan achter in het boek tips om er zelf op uit te gaan en heerlijk te genieten van onze orchideeënrijke natuur.Hans Dekker (1957) werkt vanaf zijn achttiende in de wereld van natuur en landschap.
Hij heeft diverse publicaties over natuur op zijn naam staan. Op zoek naar wilde orchideeën reist hij door heel Europa, maar de orchideeën van Noord-Nederland hebben zijn grootste interesse. -
Tussen landweer & Friese waterlinie
Oost- en Weststellingwerf vormen al eeuwenlang een eigenzinnige Saksische enclave in Friesland, met een eigen dialect en karakter. Bij uitstek geschikt voor voetreizen. Een schilderachtig palet van loofbos en naaldwoud, heidevelden, bouwland, zompig moeras, zandverstuivingen en karakteristieke boerendorpen. Een verademing voor de lanterfant.
Tussen landweer & Friese waterlinie verbindt de oude geschiedenis met het ontstaan van het landschap en de mooie hedendaagse natuur en cultuur. De dertien thematische verhalen verweven de rijke historie van de streek met de prachtige flora en fauna.
Landschapsjournalist Fokko Bosker verkent verrassende wandelroutes vanaf de toppen van het Friese land tot aan de waterrijke delta.
De Friese Saksen zijn trots op hun gebied, eigenheid en cultuur en delen die graag met gasten.
-
De Nova Scotia staazje
‘Ik hie noch nea sa fier fuort west. Op reis nei Kanada foar trije moannen staazje op in buorkerij yn Nova Scotia. Oaren út myn klasse bleaunen yn Nederlân, of kamen de provinsjegrins net iens oer. Mar ik woe oer de grutte plasse.’
Dit ferhaal beskriuwt de ûnderfiningen fan in jonge dy’t op in Kanadeeske boerepleats telâne komt dêr’t de sfear him benearet. Yn in waarme Kanadeeske simmer besiket er him yn in fijannige sfear steande te hâlden en siket er in útwei. Noch hieltyd dreamt Freark Fritsma oer de doar fan in sel yn in finzenis dy’t mei in klap efter him ticht batste.Dit is de fiifde roman fan Ferdinand de Jong.
-
Landschapsbiografie van de Drentsche Aa
Op 2 juli 2015 verschijnt een bijzonder boek dat laat zien hoe het stroomdal van de Drentsche Aa door de tijd heen veranderde in het prachtige esdorpenlandschap van nu. Tijdens het congres ‘Het Experiment van de Drentsche Aa’ wordt het boek feestelijk gepresenteerd. Het boek is daarna tijdens het festival verkrijgbaar op de Brink in Zeegse!
Het Nationaal Beek- en Esdorpenlandschap Drentsche Aa behoort tot de meest geliefde en waardevolle landschappen. Geen enkel gebied in Noordwest-Europa kent zoveel natuurlijke beken met bijbehorende biodiversiteit als deze streek. Aardkundige sporen uit maar liefst drie verschillende ijstijden liggen hier letterlijk aan onze voeten. Ook in archeologisch opzicht behoort het gebied tot de top van Nederland. Dit uitzonderlijk gaaf bewaard gebleven esdorpenlandschap met zijn fraaie brinkdorpen, zijn oude essen, groenlanden en heidevelden kreeg in 2003 als eerste in Nederland het predikaat Nationaal Landschap.
Deze Landschapsbiografie van de Drentsche Aa beschrijft de lange levensloop van dit bijzondere landschap: van de eerste geologische processen enkele miljoenen jaren geleden, via de prehistorie en historische tijd tot aan het moderne landschap van vandaag. Een team van dertig deskundigen ontsluit in dit boek vijftig jaar wetenschappelijk onderzoek. De biografie is rijk geïllustreerd met landschapsfoto’s,kaarten en landschapsreconstructies die de verschillende levensfasen van de Drentsche Aa weerspiegelen.
Een rijk gevarieerde biografie als ode aan een uniek landschap.
Ineke Noordhoff schreef een aantal columns over de landschapsbiografie van de Drentsche Aa.
Klink op de link om haar verhalen te lezen.
Altijd anders 1 -
Marijke Meu (1688-1765)
Marijke Meu (tante Marijke) is de koosnaam van Maria Louise van Hessen-Kassel (1688-1765) waaronder de Friezen hun vorstin uit de achttiende eeuw kennen. Zoiets zegt veel over de aard van de band die de Friezen met deze prinses uit het huis van Oranje-Nassau hadden. Veel minder bekend is haar voortdurende strijd om de belangen te verdedigen van haar enige zoon: de latere stadhouder Willem IV. Het voortbestaan van het huis Oranje-Nassau, waarvan de Hollandse tak met het overlijden van stadhouder Willem III in 1702 uitgestorven was, leek door de dood van Johan Willem Friso in 1711 onzeker.
‘Marijke Meu’, Friso’s weduwe, vormde geruime tijd de dunne draad die Willem van Oranje met ons tegenwoordige koningshuis verbond. Lang heeft de officiële Nederlandse geschiedschrijving zowel aan haar als aan haar tijd weinig aandacht besteed. Met deze biografie worden leemten in onze kennis van de achttiende-eeuwse stadhouderlijke familie aangevuld. -
Oranjekoek
Zoveel Friese bakkers, zoveel oranjekoeken. Een Fries feest is niet compleet zonder oranjekoek. Het zoete banket kent een lange historie en is uitgegroeid tot een feestelijk symbool. Maar zoals ‘dé Fries’ niet bestaat, heeft ook dé oranjekoek vele verschijningsvormen. In een tot fotostudio
omgebouwd busje is beeldend kunstenaar Tryntsje Nauta op bezoek geweest bij alle drieënnegentig Friese bakkers om hun oranjekoek te documenteren.Safolle bakkers, safolle oranjekoeken. In Frysk feest is net kompleet sûnder oranjekoeke. It swiete banket hat in lange histoarje en is útgroeid ta in feestlik symboal. Mar sa as ‘dè Fries’ net bestiet, hat ek dè oranjekoeke in soad ferskiningsfoarmen. Yn in ta fotostudio omboud buske gie keunstner Tryntsje Nauta op besite by alle trijeennjoggentich bakkers om harren oranjekoeke te fotografearjen.
There are as many oranjekoeken as there are bakeries. A Frisian party is not complete without oranjekoek. This sweet pastry has a long history and has gradually developed into a festive Frisian icon. But just as there is no stereotypical Frisian, likewise oranjekoek comes in many forms. In a minibus converted into a photographic studio photographer Tryntsje Nauta visited all the ninety-three bakeries to photograph their oranjekoek.
-
Sweltsjes fan Gaast
Theunis Piersma is heechlearaar Trekfûgelekology yn Grins en is in ynternasjonale autoriteit op dat gebied. Op syn fakgebied hat Piersma in ôfgryslik soad skreaun. Yn syn frije tiid docht er yn syn wenplak Gaast ûndersyk nei sweltsjes. Syn buorfrou frege him ‘Wêr bliuwe ús sweltsjes winterdeis, Theunis’. Dy fraach wie oanlieding foar in syktocht nei sweltsjes, nei hoe’t se libje en wêr’t se bliuwe.. Piersma ferstiet de keunst om syn wittenskiplik ynsjoch oer de bringen oan in breed publyk sûnder de kwaliteit te koart te dwaan. Dit is syn earste boek yn syn memmetaal. In oade oan sweltsjes en oan Fryslân.