-
Nijntje geit fietse in ‘t Mestreechs
nijntje geit fietse in ‘t mestreechs gaat over de wens van nijntje om later te gaan fietsen: ‘later, es ik groet bin, dacht nijntje op ‘nen daag, gaon iech ‘ne fietstoer make, iech hoop tot dat daan maag.’
De vertaling van nijntje geit fietse in ‘t mestreechs is gemaakt door Bèr Brounts
-
nijntje op de fiets opse Rotjeknors
nijntje op de fiets opse rotjeknors gaat over de wens van nijntje om later te gaan fietsen: ‘as ik een grote nijn ben, dan lijkt het me wel iets, dat ik ‘s cool ga crosse, lekker op me fiets’.
De vertaling van nijntje op de fiets opse rotjeknors is gemaakt door Gerard Cox en Bert Nicodem. Cox en Nicodem vertaalden eerder opa en oma pluis en nijntje in de dierentuin naar het Rotterdams.
-
De voorzienigheid regeert!
Wie was Louis van Heiden eigenlijk? Hoe heeft hij zo’n hoge positie verkregen in Russische dienst en hoe kwam het dat hij een levende legende werd na een zeeslag voor de Griekse kust?
Hans van Koningsbrugge wist interessante onbekende informatie op te diepen uit onder meer archieven in Rusland en Engeland en presenteert deze op smakelijke wijze: de woelige tijd van de Bataafse opstand, de moeizame start van Van Heidens carrière in Rusland, roddels en intriges in de hofkring rondom de tsaar, oorlogen en zeeslagen, Van Heidens chronische geldgebrek en het verlangen naar zijn familie in Zuidlaren. En uiteindelijk de roem, het onthaal in Nederland en zijn onvermijdelijke terugkeer naar Rusland. Het leven van Van Heiden wordt geschetst tegen de achtergrond van de wereldpolitiek aan het einde van de 18de en de eerste helft van de 19de eeuw.In nauwe samenwerking met de auteur heeft filmmaker, Johan Zielstra vanuit Chronoscoop Film een documentaire gemaakt over Van Heiden. Als extra krijgt u bij deze uitgave online toegang tot deze bijzondere film.
Dit boek is rijk geïllustreerd, voorzien van voetnoten en een persoonsregister. Een mooi lees- én kijkboek!Over de auteur
Prof. dr. Hans van Koningsbrugge is directeur van het Nederland-Rusland Centrum verbonden aan de Rijksuniversiteit Groningen. -
nijntje op de fiets op z’n Brabants
nijntje op de fiets op z’n brabants gaat over de wens van nijntje om later te gaan fietsen: ‘laoter as ik gróót zij, docht nijntje op ‘ne keer, gao ik ‘n fiets-toer make, da’s wa’k prakkezeer’
De vertaling van nijntje op de fiets op z’n brabants is gemaakt door Jos Swanenberg, bijzonder hoogleraar ‘Diversiteit in Taal en Cultuur in Brabant’ aan de Universiteit van Tilburg en streektaalfunctionaris voor de stichting Erfgoed Brabant in ‘s-Hertogenbosch. Hij vertaalde eerder opa en oma pluis en nijntje in de dierentuin naar het Brabants.
-
Alleen voor Friesland heb ik nog een zwak
J. Slauerhoff wordt algemeen gezien als een van Nederlands grootste dichters en schrijvers. Met zijn avontuurlijke en dwarse instelling is hij voor velen een inspiratiebron geweest, en hij is dat nog steeds.
Een bijzondere en interessante kant aan de persoon en aan het werk van Slauerhoff is zijn relatie tot Friesland, waar hij is opgegroeid. Het is zonder meer waar dat een aantal van zijn mooiste verzen een Friese achtergrond heeft. Maar hoe liet hij zich over zijn geboortegrond uit? Hoe dachten belangrijke Friese auteurs over hun collega?
In Alleen voor Friesland heb ik nog een zwak draait alles om de connectie tussen de ‘Rimbaud van Leeuwarden’ en het Friese vaderland.
Gerrit Jan Zwier is antropoloog en als reisauteur gespecialiseerd in noordelijke landen. Hij heeft diverse publicaties over Slauerhoff op zijn naam staan.
met illustraties
-
Heer- en broodjagers
Heer- en broodjagers geeft een schets van de cultuurgeschiedenis van de jacht in Nederland en laat zien hoe deze drastisch veranderde. Tal van soorten jagers komen aan het woord: de landgoedeigenaren in Overijssel en Gelderland, de broodjagers aan de vroegere Zuiderzee, de robbenjagers op het Wad, de kistjagers langs de Friese IJsselmeerkust, de herenboeren uit Zeeland en Groningen, de kleine boerenjagers uit Drenthe en waterwildjagers op de Reeuwijkse plassen en in de Biesbosch. Het jagen op de bunzing in de Friese Wouden, op de houtsnip op Ameland, en de Friese wilsterflapper worden zeer uitvoerig geportretteerd. Het boek kent vele verhalen en anekdotes uit de wereld van de jagers.
Heer- en broodjagers geeft door middel van foto’s en beschrijvingen een unieke kijk op de jacht als belangrijk Nederlands cultuurfenomeen.
-
Eilandgevoel
Iedere werkdag schrijft Koos Dijksterhuis een kort verhaaltje over de natuur. Uit zijn stukjes blijkt zijn grote liefde voor alles wat leeft. Hij verwondert zich over het ogenschijnlijk gewone, waar vaak een verrassend verhaal achter zit. Zijn mooiste verhalen schreef Koos over het door hem geliefde eiland Schiermonnikoog. Ze volgen in dit boek de seizoenen en geven prachtige inkijkjes in de eilander natuur, waarin Koos in zijn eentje of met anderen ronddwaalt.
Op Schiermonnikoog zijn bijna alle landschappen van Nederland te vinden: duinen, strand, wad, zee, kwelder, plas,
moeras, bos, weiland, akker, tuin en bebouwing. Er is op Schiermonnikoog ook veel niet: files, parkeerproblemen, massavertier. Er is rust, ruimte en schone lucht. En er zijn eilanders: vriendelijke mensen die badgasten graag zien komen en gaan. Die badgasten zijn fijnproevers. Ze komen zonder auto naar misschien wel het mooiste en fijnste eiland van de wereld.Zoals Koos zegt: het paradijs bestaat niet, maar Schiermonnikoog komt in de buurt!
-
Sprookjes uit de Friese Wouden
Dam Jaarsma van Oostermeer/Eastermar (1914-1991) was een hartstochtelijk verzamelaar van volksverhalen. Hij noteerde in veertig jaar meer dan zestienduizend verhalen die mensen uit de wijde omtrek van zijn woonplaats aan hem vertelden. Dit boek biedt een brede en representatieve selectie uit de door hem verzamelde verhalen: diersprookjes, wondersprookjes, legende- en novellesprookjes, dommeduivelverhaaltjes en grappige verhaaltjes.
Sprookjes uit de Friese Wouden is een vertaling van het boek Mearkes út ‘e Wâlden, dat in 2014 verscheen in het kader van ‘100 jaar Dam Jaarsma’. Het boek is bedoeld voor jong en oud. Het is geen wetenschappelijk uitgave (al wordt de tekst aan het eind wel verantwoord voor specialisten en geïnteresseerden) maar een prachtig lees- en voorleesboek, dat bovendien een postume hommage is aan Dam Jaarsma.