-
-
-
Lentz
‘Wij menen dat er geen politieman, geen V-Mann, zelfs geen provocateur is geweest die de Nederlandse zaak zo een onmetelijke schade heeft berokkend als de schepper van het persoonsbewijs, Lentz,’ schreef historicus Loe de Jong. Lentz was hoofd van de Rijksinspectie voor de Bevolkingsregisters en de bedenker van het beruchte persoonsbewijs. Met zijn perfect geordende bevolkingsadministratie was hij de Duitse bezetter erg van dienst.
Lentz verdedigde zich na de oorlog, net als Eichmann, door te zeggen dat hij deed wat hem werd opgedragen, zonder veel eigen inbreng. Zijn kwaad zou daarmee in de terminologie van Hannah Arendt ‘banaal’ zijn. Dit boek, gebaseerd op nieuw en uitgebreid onderzoek in weinig geraadpleegde archieven, prikt de mythe van het banale kwaad definitief door. Lentz liet zijn dataverzameling bewust uitgroeien tot een instrument van het kwaad en verrijkte zich en passant.
Het verhaal van een Nederlandse Eichmann.
Jurriën Rood is filosoof en filmmaker. Zijn praktisch-filosofische boek Wat is er mis met gezag? haalde de shortlist van de Socratesprijs; zijn tweede boek De kwestie Pegida bereikte de longlist. Ook schreef hij Filosofie van de jamsessie.
-
Grenzen van de gemeenschap
Standaardwerk over politiek filosofie
Wie radicaal is, heeft idealen die in steen zijn gebeiteld. Maar de mens zelf is niet van steen. We vallen nooit helemaal met onszelf samen, en dus ook niet met onze idealen. Neem geweldloosheid. Zeker iets om naar te streven, maar kun je echt altijd geweldloos zijn? Vanuit deze gedachte – streef idealen op een open manier na – ontwikkelde de Duits-Nederlandse denker Helmuth Plessner (1892-1985) een politieke filosofie.
Helmuth Plessner ontvluchtte Duitsland in 1933 en accepteerde een hoogleraarschap in Groningen. Tijdens de oorlog dook hij onder in Amsterdam om na de oorlog in Groningen terug te keren. Intussen steeg zijn roem – mede door zijn bekende boek Lachen en wenen. Na 1945 keerde hij terug naar Duitsland, waar hij als vooraanstaand denker zijn stempel op de Duitse cultuur drukte.
Jan Vorstenbosch verzorgde deze eerste vertaling van Grenzen van de gemeenschap.
-
Soldaat van Napoleon (1806-1815)
500.000 soldaten trekken in 1812 in het leger van Napoleon naar Rusland. Van hen zullen honderdduizenden nooit meer thuis komen. Joseph Abbeel overleeft de verschrikkingen van de veldtocht wel. Hij lijdt honger en dorst, plundert om aan eten te komen, ontsnapt ternauwernood aan kozakken, zit onder het ongedierte, raakt gewond in een veldslag, ziet Moskou branden – en dan moet de terugtocht nog beginnen! De dood is nooit ver weg – en soms verlangt Abbeel er zelfs naar! – maar op miraculeuze wijze ontglipt hij telkens dat lot. Wanneer hij op de terugweg Hamburg bereikt en denkt dat zijn ellende bijna voorbij is, wordt hij krijgsgevangen genomen. Dan begint een tocht naar de Wolga, nog achthonderd kilometer verder dan Moskou.
Na thuiskomst in Vlaanderen zet Abbeel zijn herinneringen op papier. Hij doet dat beeldend, met humor en oog voor detail, zodat de lezer zijn avonturen letterlijk meebeleeft. Geen andere soldaat van Napoleon schrijft zo’n belangwekkend ooggetuigenverslag van de Russische veldtocht.
Dr. Joost Welten is onderzoeker aan het instituut voor Geschiedenis van de Universiteit Leiden. Zijn dissertatie over de invoering van de dienstplicht onder Napoleon werd bekroond door de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen.
-
De vergeten prinsessen van Thorn (1700-1794)
Het stift van Thorn is in de achttiende eeuw the place to
be voor de hoogadellijke dochters van de Europese rijksvorsten
en -graven. Ze worden hier klaargestoomd voor
een huwelijk met een man van stand, leren zich uitdrukken
in het Frans, krijgen zanglessen en organiseren
dansfeesten. Hun japonnen naar de laatste mode uit Parijs
zijn exclusief en de exquise gerechten eten ze met zilveren
bestek. In de glazen kooi waarin ze leven dienen ze voortdurend
het bij hun stand passende gedrag te vertonen,
één enkele misstap kan fataal zijn.
Historicus dr. Joost Welten kon de hand leggen op een
gigantische hoeveelheid nooit eerder geraadpleegde
bronnen en geeft in De vergeten prinsessen van Thorn een
inkijk in de leefwereld van dit voormalige rijk der hoogadellijke
vrouwen. Vorstelijk geïllustreerd met meer dan
150 afbeeldingen – vaak nooit eerder gepubliceerd.
We volgen de adellijke dames op hun reizen door Europa,
tijdens jachtpartijen, maar ook wanneer ze vertwijfeld op
zoek zijn naar geld om hun schulden te betalen. Hoe gaan
zij om met de speelruimte die hun wordt toebedeeld?
Schikken zij zich in een dienstbare rol of zien ze kans om
een eigen kleur te geven aan het leven en daarin iets uit te
drukken van hun idealen en ambities?